Nico de Jonge, landschapsarchitect – luisterrijk cultuurlandschap – Yvonne Horsten-van Santen,

Auteur: Willem van der Ham

Ik kwam het eerst met Nico de Jonge in aanraking bij de Volkeraksluizen bij Willemsstad. Er lag daar een verwilderd en verwaarloosd bos zoals je wel aantreft bij landgoederen. Nico de Jonge hoort bij de stille vormgevers van Nederland. Hij drukte zijn stempel eigenlijk wat indirect op het landschap, maar zonder dat je beseft vertoef je toch behoorlijk vaak in landschappen van De Jonge. De Jonge is vormgever van het nieuwe deltalandschap. De veel verkondigde opvatting dat er bij de grote twintigste eeuwse werken weinig aandacht was voor landschap en natuur, wordt in dit boek gelogenstraft. Nico de Jonge koesterde een grote liefde voor dit landschap maar vond wel dat het zijn eigentijdse vorm moest krijgen, die wel gebaseerd was op de kracht en schoonheid van de (landschaps)kunst uit de renaissance.

Als een van de meest vooraanstaande naoorlogse landschapsarchitecten stond Nico de Jonge (1920-1997) aan de basis van de emancipatie van het vakgebied. Onder zijn leiding ontwikkelde de afdeling landschapsarchitectuur van Staatsbosbeheer steeds nadrukkelijker een ontwerpgerichte aanpak. Hij was een mens met visie. Hij wist die visie vast te leggen in bijzonder aansprekende krijttekeningen, die soms nauwelijks onder lijken te doen voor de beste moderne kunst uit die tijd. Het Nederlandse deltagebied was zijn domein. Geboren en getogen in Zeeland verklaarde hij eenieder zijn liefde voor het dynamische kustlandschap. Daar, op de grens van land en water lag de inspiratie voor het cultuurlandschap dat hij voorstond. Waar mens en natuur zich konden ontwikkelen in contrastrijke, gemaakte landschappen.

Indrukwekkend en actueel is ook het plan voor Nederland dat hij maakte, waarin grootschalige industrieontwikkeling en waarin hij urgentieprogramma voor de groenvoorziening in verwerkte. Daarbij toonde hij oog voor een zeewaartse landschapsontwikkeling waar hij aandacht vroeg voor de ontwikkelingsmogelijkheden van de voordelta en waarin hij ook een vliegveld in zee projecteerde. De ligging van Schiphol vond hij namelijk volkomen verkeerd. 

Yvonne Horsten-van Santen laat je kennis maken met een fascinerende man die niet alleen sterk geloofde in de maakbaarheid van Nederland, maar dat ook briljant in praktijk bracht. Ze bespreekt een groot aantal van zijn projecten: van de herinrichting van Walcheren tot de ontwerpen voor de Flevopolders en gelukkig ook zijn wat meer visioniare denkbeelden.

Uitgeverij Blauwdruk